Aloe tjatnie is een chutney van geraspte rauwe aardappel waar veel pepers aan worden toegevoegd. Het is een variant op de mango chutney en makkelijk te maken. Heerlijk bij Hindoestaanse gerechten, maar ook als bijgerecht bij andere Surinaamse maaltijden!
Ingrediƫnten:
- 3 grote aardappels of 4 kleinere aardappels
- 4 teentjes knoflook
- 4-6 verse Surinaamse pepers
- 1 tot 2 afgestreken eetlepels chutney masala (toko)
- zout naar smaak
- 3 eetlepels zonnebloemolie
- flinke scheut azijn.
Bereiding:
- Schil en rasp de aardappels.
- Spoel ze goed af in een zeef met koud water, doe ze dan in een bak en doe er water bij tot de aardappels net onder staan.
- Voeg daar een half kopje azijn aan toe. Laat de aardappels 10 minuten staan.
- Laat de aardappels dan in een zeef uitlekken en knijp ze daarna uit tot er geen water meer uit komt.
- Wrijf de Surinaamse pepers met de knoflook zo fijn mogelijk in een vijzel en voeg ze toe aan de geraspte aardappel.
- Verwarm de zonnebloemolie tot ze heet is en voeg deze ook toe aan de uitgelekte geraspte aardappels. De olie zorg ervoor dat je de sambal wat langer kunt bewaren
- Voeg zout naar smaak toe.
- Op het laatst voeg je de tjatnie (chutney) masala toe.
- Doe de sambal over in een schone glazen pot. Het lekkerste is de sambal als je hem een dag van te voren maakt, zodat de smaken goed zijn ingetrokken.
Tip1: chutney masala is verkrijgbaar bij de (Surinaamse) toko. Zie foto onderaan de pagina.
Tip2: Je kunt ook de rauwe geraspte aardappels gebruiken zonder ze van te voren in azijn te leggen. Doe er dan op het eind 2 theelepels onverdunde azijn doorheen (bij de toko te krijgen) of een scheutje mosterdolie.
Rubriek: hindoestaanse recepten, sambal/chutney
1 opmerking:
wat is het recept voor chutney massala?
Een reactie posten